Archeoloog Maikel Kuijpers
Hoe vormen materialen onze samenleving?
“Materialen zijn voor mij veel meer dan iets om mee te bouwen. Materialen laten zien wie we zijn, we denken ermee en ze zitten in ons taalgebruik. Denk aan stalen zenuwen, het glazen plafond of uit het juiste hout gesneden.” Archeoloog Maikel Kuijpers vertelt hoe materialen onze samenleving vormen, toen en nu. En dat onze relatie met materialen bepalend is voor hoe we onze toekomst vormgeven.
Archeologie gaat fundamenteel over de relatie tussen mens en materiaal. "Bijvoorbeeld over hoe de consumptiemaatschappij is ontstaan of wat de introductie van een materiaal of technologie doet met een samenleving", legt Kuijpers uit. Voor zijn PhD deed Kuijpers onderzoek naar metaalbewerking in de Bronstijd (2000 - 800 v Chr.). Wie waren die metaalbewerkers eigenlijk? En hoe wisten ze dat je brons krijgt als je koper en tin samenbrengt? “Toen ik vakmensen bestudeerde viel me op hoe het materiaal leidend is in hun denken en doen. Ze voelen respect en verantwoordelijkheid voor het materiaal. Alsof er een bepaalde ethiek samengaat met vakmanschap. Die ethiek kunnen we wel weer gebruiken.”
Hoe zorgen we ervoor dat houtbouw massaal wordt geaccepteerd?
Wegwerpbekers uit de bronstijd Gingen we in het verleden dan verantwoorder met materialen om? Nog niet zo lang geleden werd vrijwel alles hergebruikt, en niet omdat we betere mensen waren. Daarentegen leert een blik op de prehistorie en de Romeinen ook dat de wegwerpmentaliteit niet alleen iets van de huidige consumptiemaatschappij is. “In Rome is een heuvel – Monte Testaccio - die volledig is opgebouwd uit scherven van amfora; een typisch Romeinse aardewerken pot. Daarin werd olijfolie aangevoerd, voornamelijk uit Spanje. Zo’n amfoor, dat was in feite single-use-packaging. En wegwerpbekers kenden ze al in de Bronstijd. Op Kreta vonden archeologen duizenden simpele kopjes van aardewerk. Na een feestje in een paleis werden die meteen weggegooid. Als een materiaal alom aanwezig is, lijkt het erop dat we er slordig mee omgaan.”
Ooit was porselein een exclusief en gewild materiaal, nu beschouwen veel mensen het als niks speciaals. “Het zit nu overal in, je maakt er bijvoorbeeld een toilet van. Maar in de paar honderd jaar nadat Marco Polo voor het eerst porselein naar Europa bracht was het ongelofelijk duur; een echt luxeproduct. Iedereen met een kroon op zijn hoofd wilde het hebben. Delft en Wedgwood sprongen op om het na te maken met geglazuurd aardewerk. Oneerbiedig gezegd: goedkope namaak. Wedgwood was echter ook een pionier in marketing, hij creëerde vraag naar zijn product op manieren die in de 18e eeuw revolutionair waren: reclame maken, trends volgen, rijke mensen inzetten voor meer naamsbekendheid, zodat de middenklasse het ook wilde hebben. Mede dankzij Wedgwood en het verlangen naar porselein werd de consumptiemaatschappij geboren.”
Wist je dat..
...duurzaam materiaalgebruik als sinds 1990 onderdeel is van BREEAM, ver voordat de term circulair gemeengoed werd?
...DGBC initiatiefnemer was van de Nationale MilieuDatabase, omdat er vanuit BREEAM een grote behoefte was aan milieudata van bouwmaterialen?
...de toepassing van hergebruikte producten en materialen uit een gebouw in de buurt punten oplevert binnen BREEAM-NL?
Geen technische, maar sociale transitie Om de huidige klimaat- en milieuproblemen op te lossen moeten we ons consumptiegedrag veranderen, maar ook anders met materialen omgaan en met andere materialen bouwen. De materialentransitie beschouwen we nog te veel als een technische opgave in plaats van een sociale transitie, volgens Kuijpers. “Veel belangrijker is onze culturele perceptie. We zien onszelf als innovatief, maar de mens is ook een nostalgisch wezen dat moeite heeft met verandering.”
Hij noemt houtbouw als voorbeeld. “Nederlanders waren heel goed in houtbouw. In de middeleeuwen bouwden we veel houten huizen, maar die waren natuurlijk brandbaar. Zo ging in 1575 een derde van Haarlem in vlammen op, om maar een voorbeeld te noemen.” Een ramp als deze wilde men in de toekomst natuurlijk voorkomen. Zo belandden we in een tijdperk van baksteen. En later staal en beton. Met de komst van materialen als Cross Laminated Timber (CLT) is er een duurzame, sterke en brandveilige oplossing die een nieuw houten tijdperk kan inluiden. “Tegelijkertijd heerst de mythe dat hout niet brandveilig is nog steeds. Hoe zorgen we ervoor dat houtbouw massaal wordt geaccepteerd? Dat is geen technisch vraagstuk.”
Hetzelfde geldt voor bouwen met aarde. Yask Kulshreshtha, promovendus aan TU Delft, probeerde dit aan de man te brengen in India. “Maar aarde wordt daar geassocieerd met armoede. Dat is geen technisch probleem, maar wel een enorm obstakel in het accepteren van een duurzame oplossing.” Waarom werd er dan lang geleden al met aarde en mest gebouwd? “Aarde is overal voorhanden en mest blijkt een goede binder te zijn. Dat maakt aarde weer een beter bouwmateriaal.” Historische materialen en technieken kunnen oplossingen bieden voor problemen van nu. “Bouwen met aarde is veel duurzamer dan met beton of baksteen, maar laten we het niet doen zoals 2000 jaar geleden. Dan wordt het een puinzooi. Die oude techniek heeft wel een update nodig: nu maken we compressed earth blocks. De essentie blijft hetzelfde: bouwen met aarde. Haal inspiratie uit het verleden en vertaal dat naar een vorm die nu past, dat is mijn boodschap.”