DELTAPLAN DUURZAME RENOVATIE
Sectorale Routekaart Logistiek
‘Maak van grijze dozen, groene energiebronnen’
Er verrijzen steeds meer bedrijfsterreinen en logistieke panden in Nederland. De sector maakt de laatste jaren een explosieve groei door, mede door de sterke toename van het online winkelen. Uit de marktanalyse van commercieel vastgoedadviseur Savills (2020) blijkt dat er sprake is van een enorme schaalvergroting, met nieuwe extra grote bedrijfshallen en distributiecentra die alsmaar meer vierkante meters grond beslaan.
Die schaalvergroting knelt. Tegenstanders zien de logistieke centra als horizonvervuiling, terwijl voorstanders pluspunten noemen zoals economische ontwikkeling en werkgelegenheid. Terugvallen op centraal, landelijk beleid kan niet. Dat is er namelijk niet. Daardoor blijven vragen onbeantwoord, zoals waar wel en waar juist niet gebouwd kan worden? Moeten de distributiecentra per regio geclusterd of juist verdeeld worden? Allemaal vragen waar ook het College van Rijksadviseurs mee aan de slag ging in 2019. De Rijksbouwmeester kwam tot de conclusie dat er nauwelijks centrale sturing is bij deze ‘verdozing’ van het landschap. Vreemd, want Nederland is een belangrijk distributieland en biedt als logistieke hotspot een aantrekkelijk investeringsklimaat. Zelfs zo aantrekkelijk dat een groot deel van de logistieke vastgoedprojecten bestaat uit speculatieve ontwikkeling. Het hoge rendement trekt veel buitenlandse investeerders aan (zie Hoofdstuk 2; Marktanalyse). Nauwelijks regelgeving Inmiddels werken er regio’s aan beleid voor het ontwikkelen van logistieke centra. De gebouwen die daar worden gebouwd, moeten uiteraard aan het Bouwbesluit voldoen. Net als de panden die er al staan ooit aan dat Bouwbesluit hebben voldaan. Opnieuw knelt het: er is nauwelijks beleid om die nieuwe gebouwen duurzaam te maken. Want behalve de eisen uit het Bouwbesluit is er ten aanzien van energiebesparing nauwelijks regelgeving voor de logistieke sector. Vooral de oudere gebouwen (van voor 1992) zijn niet energiezuinig omdat toen geen of zeer minimale isolatiewaarden werden geëist. En voor nieuwe bedrijfshallen is er nog steeds geen verplichte energieprestatie in de vorm van de EPG (Energieprestatie Gebouwen) of een energielabelplicht, zoals voor de kantoren. En ook in de BENG-regelgeving (Bijna Energie-Neutrale Gebouwen) blijven industriële en logistieke gebouwen buiten schot. Het resultaat is te zien in het aantal logistieke panden dat geen label heeft, bijna twee derde. En van de gebouwen die wel een energielabel hebben, scoort slechts de helft A of beter. Waarschijnlijk gebaseerd op het kantoorgebouw in of aan het logistieke deel.
Hoewel er dus nauwelijks een ‘stok’ is om de logistieke sector tot energiebesparing aan te zetten, zijn er veel aanknopingspunten. De sector heeft een groot potentieel aan energiebesparing. In de Verkenning van de Utiliteitsbouw (2017) schat ECN het totale energiegebruik van bedrijfshallen op 64 petajoule (PJ) per jaar. Dat is zo’n 2% van de Nederlandse energievraag.
Toch zijn er ook positieve ontwikkelingen in de sector. Er worden veel nieuwe logistieke panden en distributiecentra met het duurzaamheidslabel BREEAM-NL gecertificeerd, veelal om in aanmerking te komen voor de investeringsaftrek uit de MIA-Vamil-regeling. Voor bestaande bedrijfsgebouwen geldt alleen de Wet Milieubeheer en de lijst met Erkende Maatregelen met een maximale terugverdientijd van vijf jaar (zie ook Klimaatakkoord en regelgeving).
Voeg daar de toenemende urgentie rond klimaatverandering aan toe, en het groeiende besef dat ook de logistieke sector moet verduurzamen, is te verklaren. Onder eigenaren en huurders is hier veel aandacht voor en steeds vaker besluiten beleggers en ontwikkelaars in duurzaam vastgoed te investeren. Inspelend op deze ontwikkeling heeft een groep van koplopers uit de sector zich verenigd in de Werkgroep Logistiek van het Deltaplan Duurzame Renovatie. Dat Deltaplan is een initiatief van Dutch Green Building Council (DGBC) en is opgestart om in het kader van het Klimaatakkoord een versnelling te realiseren in de verduurzaming van bestaande gebouwen. Nederland heeft zich voorgenomen de CO₂-emissies voor 2030 halveren, ten opzichte van 1990, en heeft als doel gesteld om in 2050 zo goed als CO₂-neutraal te worden. De gebouwde omgeving is verantwoordelijk voor ruim een derde van de CO₂-uitstoot en hierin heeft de utiliteitsbouw een belangrijk aandeel. Binnen die gebouwde sector hebben bedrijfshallen, waar de logistiek onder valt, dan weer een groot aandeel in het energiegebruik.
Parijse klimaatdoelstellingen
Door het stellen van duidelijke normen voor werkelijk energiegebruik helpt het Deltaplan Duurzame Renovatie om de klimaatdoelstellingen van Parijs te halen. Om hieraan te voldoen en in 2050 het liefst onder de lijn van 1,5 graden Celsius opwarming, maar zeker onder 2 graden Celsius opwarming te blijven, moeten gebouwen Paris Proof worden. Dit betekent dat gebouwen twee derde moeten besparen op het huidige energiegebruik omdat de verwachte hoeveelheid hernieuwbare energie slechts een derde is van wat we nu aan energie gebruiken.
Aanpak van het Deltaplan
DGBC heeft per sector een einddoel vastgesteld waar naartoe gewerkt moet worden om in 2050 CO₂-neutraal te kunnen zijn. En met deze Routekaart probeert de Werkgroep Logistiek het energiegebruik naar het niveau van ‘Paris Proof’ te brengen. Enerzijds door energiebesparing in de bestaande gebouwenvoorraad en anderzijds door het benutten van het enorme dakoppervlak en dus potentieel aan energie-opwek via zonnepanelen. Bedrijfsgebouwen kunnen door hun grote dakoppervlak met zonnepanelen een belangrijke bijdrage leveren aan de opwek van duurzame energie. Hiertoe heeft de Werkgroep in 2020 al een whitepaper PV op Bedrijfshallen uitgebracht. Dat maakt de ‘grijze dozen’ dus in potentie groene energiebronnen.
Deze Routekaart De Routekaart geeft allereerst een overzicht van de huidige stand van zaken en recente ontwikkelingen in de logistieke sector en schetst daarmee de uitgangssituatie. Vervolgens wordt ingegaan op de mogelijkheden voor verduurzaming, de uitwerking van de maatregelenpakketten (in de Beslisboom Logistiek vastgoed) en de mogelijke scenario’s voor de sector om aan de klimaatdoelstellingen te voldoen. Hierbij wordt ingegaan op de kansen, maar ook op de belemmeringen die de energiebesparing in de weg staan. Omdat de verduurzamingsopgave verder gaat dan energiebesparing, kiest de Werkgroep Logistiek voor een integrale benadering, waarbij ook ruimtelijke, materiële en landschappelijke aspecten worden meegenomen. Dat komt terug in thema’s zoals circulariteit, klimaatadaptatie, mobiliteit en energie-infrastructuur.
In de Werkgroep Logistiek zijn veel verschillende partijen uit de keten vertegenwoordigd. Marktpartijen met ruime ervaring in de ontwikkeling van ambitieuze logistieke vastgoedprojecten. De werkgroepleden nemen zelf het voortouw om de energietransitie vorm te geven, door voor hun gebouwen duidelijke klimaatdoelen op te stellen en voorstellen te doen voor het wegnemen van praktische bezwaren en belemmeringen. Voorbeeldprojecten voor zowel nieuwbouw en renovatie geven inzicht in de kansen die er liggen voor een grote inhaalslag binnen de sector.